“You have the right to remain silent”. Dit is een zin die politieagenten in Amerika zeggen tegen mensen die ze arresteren. Het recht om te zwijgen geldt ook voor aangeklaagden in de rechtbank.
In zekere zin geldt dit ook in therapie en coaching. Je cliënten worden natuurlijk niet gearresteerd (integendeel: ze worden juist bevrijd), maar ze hebben het recht te zwijgen. Ze mogen dingen verzwijgen over zichzelf, hun situatie, hun verleden of hun probleem.
Dit klinkt misschien tegenstrijdig, want als coach of therapeut wil je toch juist veel informatie verzamelen over je cliënt? Dus hoe werkt dat?
Cliënten kunnen allerlei redenen hebben om iets niet te vertellen, bijvoorbeeld:
- ze schamen zich over hun gedrag, gedachten of gevoelens
- ze zijn bang om anderen (bijv. hun ouders, partner of collega) in een kwaad daglicht te stellen
- ze zijn bang voor het oordeel van de therapeut
- ze zijn zich niet bewust van aspecten van het probleem
Als cliënten druk voelen van een coach of therapeut om dingen te vertellen, kan hen dat onzeker maken of kan dat ten koste gaan van het vertrouwen.
In Ericksoniaanse hypnotherapie wordt de druk om dingen te delen daarom volledig weggenomen. Sterker nog, de cliënt wordt soms aangemoedigd om dingen voor zichzelf te houden. Het gevolg hiervan is dat de client:
- zich op bewust niveau opgelucht en veilig voelt
- zich op onbewust niveau geprikkeld/uitgedaagd voelt om dingen juist wel te vertellen
Dat laatste heeft te maken met het bekende principe dat als iets wordt afgeraden of ontmoedigd, het dan juist aantrekkelijk wordt.
Caroline (niet haar echte naam), een keurige en bescheiden vrouw van begin 30, belde mij voor hulp: “Ik heb een probleem, maar ik wil er niet over praten, dan is therapie zeker niet mogelijk, of wel?”
Ik verzekerde haar dat therapie mogelijk was en dat ze niet hoefde te praten over haar probleem. Ze was blij verrast en we maakten een afspraak. Eenmaal in mijn praktijkruimte zei ze: “Het voelt heel raar: ik ben ontzettend opgelucht dat ik niet hoef te praten over mijn probleem, maar eigenlijk wil ik er nu wel over praten”. Ik antwoordde dat ze erover mócht praten, maar dat zeker niet hóefde. Ze ontspande zichtbaar, overwoog het nog even, en zei toen: “Ja, ik wil het graag vertellen”. Ze deed haar verhaal en ik kon haar in enkele sessies helpen om haar probleem te overwinnen.
Eerlijk gezegd was ik zelf opgelucht toen ze toch over haar probleem wilde praten. Deze casus speelde namelijk in de beginjaren van mijn loopbaan. Ik wist toen wel dat hypnotherapie inhoudsvrij kon zijn en dat ik ’het verhaal’ in principe niet hoefde te weten, maar ik had daar nog weinig ervaring mee. Inmiddels heb ik vrij veel ervaring met inhoudsvrije therapie en geef ik mijn cliënten alle ruimte om iets wel of niet te vertellen. Meer over deze vorm van therapie lees je in mijn volgende blog.